Zoeken

Roofs 2006-10-12 De bekleding van een dakkapel met zink

Zink is een zeer geschikt materiaal voor de bekleding van dakkapellen. Dit beperkt zich tegenwoordig niet alleen tot het bekleden van de zijwangen. Door de diversiteit in vormen en architectonische detaillering is de bekleding een stuk gevarieerder geworden. Hoe maakt men nu een goede, duurzame bekleding van een dakkapel met zink?

Ing. Thijs B. Baneke, Bouwkundig Adviseur Wentzel bv / Rheinzink Service Nederland

Sinds het eind van de 19e eeuw wordt zink in Nederland steeds meer toegepast als bekleding van dakkapellen. Men kiest voor zink omdat er een duurzame, lichte en regendichte bekleding mee te maken is. Werden vroeger dakkapellen met name toegepast om de hijsbalk bereikbaar te houden, tegenwoordig is de functie van een dakkapel het verkrijgen van meer licht en vloeroppervlak in de woning. Het zink als bekleding is echter gebleven.

Vormen en systeem

De meest algemene toepassing van zink op een dakkapel is de bekleding van de zijwangen. Deze worden meestal gemaakt van zinken vlakke platen, al dan niet bestaand uit twee ingehaakte delen. Hoe smaller de vlakke platen worden gehouden, hoe strakker het uiterlijk van de bekleding. Aan te bevelen is een maximale breedte aan te houden van 500 mm. Een zeer fraaie oplossing is om in plaats van deze vlakke inhaakplaten felsbanen te gebruiken. Felsbanen kunnen zowel verticaal als horizontaal worden toegepast. Natuurlijk zijn ook andere systemen geschikt als bekleding, zoals losanges en plankpanelen.

De aansluiting van de dakkapel met het dak hangt mede af van het type dakbedekking. De meest voorkomende dakbedekking is een pannendak. In dit geval is een fraaie oplossing het toepassen van een zinken zakgoot onder de pannen (detail 1). Een praktische oplossing is het toepassen van een loodslabbe over de pannen heen. Om eventueel vocht achter het zink af te voeren moet de achterconstructie ventilerend worden uitgevoerd. Door de voet en nok geventileerd uit te voeren ontstaat een luchtstroom onder de houten delen die het vocht afvoert (detail 2).

Dakkapel met inhaakplaten

Detail 1

Detail 2

Het vlakke dak van de dakkapel wordt vaak voorzien van een bitumineuze dakbedekking. Hiervoor moet altijd een SBS gemodificeerde dakbedekking worden gebruikt. Uit APP gemodificeerde dakbedekking komen door uv-licht zuren vrij, die via regenwater zorgen voor afloopsporen op en aantasting van het zink.

Het bekleden van het dak met zink is natuurlijk ook mogelijk. Het afschot van het dak moet dan wel minimaal 3 graden zijn. Hoewel gesoldeerde, vlakke platen het meeste voorkomen, is een felsdak hier ook uitermate geschikt voor. De felsnaden vangen de uitzetting van het zink op en de meegefelste klangen zorgen voor een goede bevestiging op de onderconstructie.

De aansluiting aan de voorzijde van de dakkapel met het dak kan geheel in stijl worden bekleed met zink. Speciaal voor de aansluiting met dakpannen is er flexzink verkrijgbaar. Flexzink is 0,6 mm dik en laat zich gemakkelijk vormen en solderen. Het is deels geribbeld verkrijgbaar, waardoor het goed om de dakpannen is te vormen.

Naast de traditionele dakkapel met vlak dak en rechthoekige zijwangen, komt een dakkapel met een gebogen dak steeds vaker voor. Het bekleden hiervan kan zeer goed met felsbanen gebeuren, omdat deze eenvoudig zijn voor te buigen.

Het uitvoeren van een gebogen dak met een geventileerde onderconstructie loopt nogal eens tegen bezwaren aan. Het uittimmeren is problematisch en ook de opbouw laat deze hoogte soms niet toe. Ook is vaak de noodzakelijke, geventileerde nokkap niet gewenst. Het toepassen van een warmdakopbouw biedt dan vaak uitkomst. Op het geïsoleerde dakpakket wordt een structuurmat gelegd. Dit is een kunststof krullenmat, bevestigd op een waterdragende, damp-open laag. Het zink wordt zo losgehouden van de onderconstructie (zie detail 3 en 4) en zal niet ‘verstikken’. Om de vochtbelasting onder het zink zo laag mogelijk te houden, is een goede dampremmer aan de binnenzijde van de constructie noodzakelijk. Voor meer informatie betreffende onderconstructies zie het artikel ‘Onderconstructie van een zinken dak’ in Roofs 10-2005.

Scholing

Wentzel verzorgt scholing op het gebied van zinkverwerking in de praktijk voor zowel beginners als gevorderden. Tijdens de cursussen wordt er gebruik gemaakt van dak- en gevelmodellen waarop verschillende verbindingen en aansluitingen worden gemaakt, waaronder de verschillende aansluitingen van een rond dakkapel met het dak. De eerstvolgende cursussen worden gegeven in november 2006. Indien u bent aangesloten bij de stichting OTIP is het mogelijk om een bijdrage te ontvangen voor de deelnamekosten.

Wentzel scholing

BRON: Rheinzink Technisch Handboek, april 2006

Isolatie van dakkapellen

Tot in de jaren ‘70 van de vorige eeuw werden dakkapellen ongeïsoleerd uitgevoerd.  Doordat de zolder­ruimte daaronder gebruikt werd als opslag (lattenzolder), en daarom onverwarmd was, ontstond er vrijwel geen condens onder het zink. Het vocht dat toch onder het zink kwam, werd door kieren en naden op een natuurlijke manier weggeventileerd.

Tegenwoordig worden steeds meer zolders omgebouwd tot woonruimte. De zolder, inclusief dakkapel, wordt geïsoleerd waardoor de vochtbelasting verhoogd en er geen ventilatie meer mogelijk is. Het vocht dat onder het zink komt, hetzij ontstaan door nachtelijke uitstraling, hetzij door condensvocht vanuit de woning, kan niet meer goed worden afgevoerd. Hierdoor kan er onder het zink vochtigheidscorrosie ontstaan en wordt het zink aangetast. Deze aantasting is herkenbaar aan een witte, poederachtige laag onder het zink. Een goede opbouw, door middel van ventilatie of een structuurmat, zoals beschreven in Roofs 10-2005, is dus noodzakelijk.