Zoeken

Dak Helling 1996-11-20 Oplevering of niet

Een veel gehoorde klacht in het bouwwereldje is dat het altijd zo moeilijk is om op te leveren Opleveren is voor de jurist een intrigerende kwestie. Wat is, juridisch beschouwd, opleveren? In het navolgende enige korte uiteenzettingen. Eerst wordt ingegaan op de wet vervolgens op de systematiek van de UAV.

Feitelijk opleveren is in het spraakgebruik een handeling waarmee een werk, door bijvoorbeeld een dakdekker tot stand gebracht, wordt overgedragen aan de opdrachtgever nadat dit werk is geïnspecteerd. Deze feitelijkheden zeggen vooral iets over het branchegebruik en slechts zeer beperkt iets over de juridische toestand. Iedere zichzelf respecterende aannemer/dakwerker zal ook beseffen dat er opgeleverd moet worden op enig moment. Wat nu dat opleveren inhoudt is echter in het algemeen niet bekend.

Allereerst moet worden geanalyseerd of de wet de term oplevering kent. De wet is in casu het Burgerlijk Wetboek. Het Burgerlijk Wetboek bevat in de afdeling aanneming van werk, dat is de afdeling die alle aannemingscontracten beheerst, geen bijzondere bepalingen waarin 'oplevering' centraal staat. De wet heeft gewoon niets geregeld. Dit hangt deels samen met de omstandigheid dat voor wat betreft de aanneming van werk nog de wetsartikelen gelden uit 1838. Nieuwe artikelen zijn in de maak maar nog niet ingevoerd. Vaststaat wel dat, en wel doordat de hoogste rechter in Nederland dat heeft bepaald, de kernprestatie van de aannemer in het algemeen is het leveren van een bepaalde prestatie voor een bepaalde prijs. Het leveren van de prestatie is dus het afmaken van het werk. Daartoe moet noodzakelijkerwijs het werk op enigerlei wijze worden bekeken. Dat bekijken is feitelijk opnemen.
Het gevolg van het niet bestaan van specifieke wetsbepalingen is rechtsonzekerheid. Wanneer is er nu opgeleverd in juridische zin? Op die vraag is geen antwoord te geven indien ten minste in het aannemingscontract geen bijzondere bepalingen zijn opgenomen. Geldt alleen de wet dan is niet duidelijk wat oplevering exact inhoudt en wanneer nu wel of niet de aannemer zijn prestatie heeft verricht. Slechts in algemene termen kan worden gesteld dat oplevering het ter beschikking stellen van het gecompleteerde werk is nadat opdrachtgever en aannemer daaromtrent overeenstemming hebben bereikt na een opname.

De Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Werken 1989, zoals die vaak in aannemingscontracten van toepassing worden verklaard zijn wel duidelijk. Opleveren behelst:
a Opneming
b Goedkeuring
c Risico overgang van het werk
Een en ander is verwoord in paragraaf 8 t/m 10 van de UAV.

Omtrent het antwoord op de vraag wanneer bij een opneming geconstateerde gebreken aan oplevering (feitelijk derhalve goedkeuring) in de weg staan, zijn de UAV ook duidelijk. Kleine gebreken die, aldus paragraaf 10 lid 7, nog voor de volgende betalingstermijn kunnen worden hersteld, en een ingebruikneming van het werk niet in de weg staan, zullen geen reden tot onthouding van de goedkeuring zijn. Dit is exact de norm waar het om gaat. Is een lekkend dak een gebrek dat oplevering in de weg staat?
Kan dit gebrek nog voor de volgende betalingstermijn (voor einde onderhoudstermijn meestal) worden hersteld? Laten wij aannemen van wel. Staat een lekkage de ingebruikname van een gebouw in de weg? Over het algemeen wel omdat anders de inboedel beschadigd wordt. De conclusie is dan dat het werk niet kan worden goedgekeurd indien er een lekkage is. Dus niet opgeleverd ex UAV.

De volgende vraag is of en zo ja in hoeverre na oplevering de aannemer nog aansprakelijk is voor gebreken aan het werk. Bij oplevering gaat immers over het algemeen het risico van het werk over op opdrachtgever. De wet bepaalt op dat punt dat de aannemer tien jaar aansprakelijk is voor gebreken in het werk indien het werk feitelijk bouwvallig is (artikel 1645 BW). Daarnaast bepaalt de wet in de algemene regels van verbintenissen recht dat indien iemand een onjuiste prestatie levert deze aansprakelijk is voor de gevolgen van de onjuiste prestatie. Wat onjuist is in dit verband bepaalt de wet niet. Zulks betekent dat geen concreet antwoord is te geven op de vraag wat dan de aansprakelijkheid is van de aannemer na oplevering indien uitsluitend de wet geldt. Dat hangt over het algemeen van de specifieke feiten en omstandigheden van het geval af. Zulks schept dus een grote mate van rechtsonzekerheid.

Uit het vorenstaande blijkt al dat het verstandiger is om met algemene voorwaarden te werken, in welke algemene voorwaarden idealiter is bepaald wat de aansprakelijkheid is van de aannemer na de oplevering. In de UAV 1989 is bepaald dat de aannemer na de oplevering nog slechts aansprakelijk is in het geval van verborgen gebreken en/of het geval van artikel 1645 BW. Laatstgenoemd geval treedt op als het werk feitelijk bouwvallig is als gevolg van een gebrek in de samenstelling. Verborgen gebreken zijn gebreken die bij een opname respectievelijk oplevering ondanks bouwtoezicht (dat is de norm die de UAV stelt met name in de jurisprudentie daarop) niet had kunnen worden ontdekt. Wel wordt erop gewezen dat de aansprakelijkheid niet van rechtswege, voor het geval de UAV van toepassing zijn, is beperkt tot het bedrag van de aanneemsom. De aansprakelijkheid kan daar ver bovenuit gaan.

Conclusies

De wet regelt omtrent een oplevering weinig tot niets, terwijl de aansprakelijkheid na oplevering evenzeer niet helder is geregeld. De UAV regelt omtrent oplevering en aansprakelijkheid na oplevering wel het nodige. Dringend moet worden aangeraden algemene voorwaarden toe te passen waarin is geregeld wat rechtens is bij en na oplevering. Ik sluit af met de slotopmerking dat degenen die goede contracten sluiten, bijvoorbeeld onder gebruikmaking met de algemene voorwaarden als ten behoeve van het Hellend Dak samengesteld, daarmee rechtszekerheid scheppen omtrent de oplevering en haar gevolgen. Ook hier geldt 'wie schrijft die blijft'.

door: Mr. H.R. Verschuur