Roofs 2003-03-20 Samenwerking adviesbureaus DGI en T-Joint
Per 1 maart gaan DGI, Dak en Gevel Ingenieurs uit Raamsdonkveer en T-Joint uit Zeist samenwerken in één nieuw adviesbureau. Beide bureau's zien het samengaan als een effectieve manier om te komen tot een meer toonaangevend bureau. Samen sterk lijkt het motto, maar de ambities reiken verder. Een verslag aan de hand van een dubbelinterview.
Hoe zijn jullie in de dakenwereld terechtgekomen?
Berlee:
'Via de DIM, waarin een vacature stond bij John Kelders Handelsmaatschappij in Nijmegen. Kort na indiensttreding ging mijn interesse uit naar marketing en kwaliteitszorg, omdat ik dacht de daktechniek binnen afzienbare tijd wel onder de knie te krijgen. De grap is dat ik na al die jaren nog steeds met de techniek bezig ben. Dat marketing en kwaliteitszorg zo complementair zouden worden, had ik niet voorzien maar is inmiddels wel mijn kenmerk geworden. In 1996 heb ik van ing. L.E.R. Du Puy het onafhankelijke adviesbureau T-joint overgenomen. Een logische keuze, waardoor ik de vrijheid kreeg mij zelfstandig, daktechnisch en dakcommercieel uit te leven."
Bruins:
'Ik ben in 1985 begonnen bij Cekadak waarna ik via het NDA en RBB bij BDA terecht ben gekomen. De meeste mensen kennen mij ook uit die tijd. Vanuit de techniek ben ik mij allengs meer met het managen van de organisatie en de mensen achter de techniek gaan bezighouden. Bijna vier jaar geleden ben ik voor mijzelf begonnen met het adviesbureau DGI, Dak en Gevel Ingenieurs. Dat kwam voort uit een soort van onderbuikgevoel waarbij ik mij later realiseerde dat het mij meer en meer gaat om het uitdiepen van een relatie. Dat doe je door interesse te tonen in de klant en zijn bezigheden, zodat je elkaar uiteindelijk beter 'verstaat'. Dat beter verstaan maakt het managen makkelijker, want managen is te vaak organiseren wat niet vanzelf loopt.'
Jullie durven wel stellingen aan als ik dat in de vakbladen lees.
Bruins:
'Je begint heel voorzichtig, maar je wil duidelijk zijn. Die twee zaken zijn tegenstrijdig als het belangen betreft. Door zelf stelling te nemen en het ook duidelijk je eigen stelling te laten zijn, voorkom je dat je anderen beschadigd. Mijn insteek is een goed dak, dus meestal technisch van aard. Zo zie ik ook mijn werk als adviseur, duidelijk zijn met een helder belang. De opdrachtgever mag dan afwegen wat het hem in geld waard is en daarmee de scheidslijn trekken. De opdrachtgever heeft in die zin altijd gelijk en wie betaalt bepaalt.
Berlee:
'Ik kan slecht tegen achterkamertjespolitiek en probeer zelf transparant en duidelijk naar buiten toe te werken. Dat ik hierbij af en toe op tenen trap is vervelend, maar maakt wel duidelijk waar ik voor sta. Als columnschrijver voor het vakblad Roofs heb ik ook vele malen mijn nek uitgestoken en al werd ik er zakelijk niet altijd bepaald beter van, het zette wel processen in beweging. Aan de andere zijde probeer ik als hoofdredacteur juist de zaken in perspectief te zetten zonder (voor)oordeel. Van mij mag iedereen zijn stelling kwijt, maar wel op eigen titel en met een toelichting waarom hij of zij dat vindt. Ook daar word ik wel op aangesproken maar met Dirk Lindeman (de uitgever red.) ben ik niet de persoon te oordelen wie wel en wie niet mag schrijven of een mening mag verkondigen. Gelukkig zitten wij daar samen op een lijn.'
Wat zijn je belangrijkste wapenfeiten in de dakenbranche?
Berlee:
'Ik ga niet zo prat op wapenfeiten, temeer daar er weinig zaken alleen aan mij zijn toe te schrijven. De Eco-Nok® bijvoorbeeld is nou typisch zoiets waar in samenspraak iets fantastisch tot stand is gebracht en waar ik met trots aan deelneem. Iets waar ik ook trots op ben, is het 'Referentiebeeldenboekje Platte Daken'; een onderwerp waar iedereen wel de mond vol van heeft, maar niemand het heeft aangedurfd het daadwerkelijk te maken. Toch is dit het enige referentiewerk dat leidt tot een meer reproduceerbare en objectieve onderhoudsdiagnose.
Vanuit dat boekje is het 'Model Prestatiegerichte Onderhoudsovereenkomsten Platte Daken' ontwikkeld, waar ik het eerste deel van heb geschreven en het geheel heb geredigeerd. Via het model kwam ik in contact met Nic-Jan. Hij zag het wel zitten om een cursus te ontwikkelen waarin de toepassing van het Referentiebeeldenboekje gecombineerd met het Model Prestatiegerichte Onderhoudsovereenkomsten platte daken zou worden gedoceerd. De cursus heeft hij inmiddels tweemaal succesvol gedoceerd. In de voorbereiding kwamen we enkele malen bij elkaar op bezoek, waarbij we erachter kwamen dat onze ideeën over de invulling van ons vak als dakingenieurs overeenstemden."
Bruins:
Alhoewel ik wapenfeiten in deze tijd van oorlogsdreiging ook negatief vind klinken, zijn er wel zeker een aantal zaken waar ik met plezier op terugkijk. Ik denk aan mijn presentaties tijdens diverse congressen, zoals bijvoorbeeld 'Lessen uit de storm', 'PVC dakbedekkingssystemen' en 'De toepassing van zonne-energie op daken'. Met name heeft het laatste onderwerp in de prille beginfase in samenwerking met ecofys mijn grote belangstelling gehad. Zo heb ik een belangrijke bijdrage gehad in de ontwikkeling van de eerste testfaciliteiten en toepassing voor zonne-energiesystemen. Ook zijn er redactioneel sporen van mij terug te vinden in bijvoorbeeld 'SBR-publicatie Onderhoud van Bitumineuze dakbedekkingssystemen', handboek Gevels en diverse andere vakpublicaties. De start van mijn eigen bedrijf, nu bijna vier jaar geleden, zie ik wel als mijn belangrijkste wapenfeit. Het doet me plezier vast te stellen dat mijn keuze van werken gericht op de relatie en kwaliteit bevestigd wordt door een groeiende vaste klantenkring.
Wat zijn de kenmerken van de samenwerking?
Bruins:
'De klant centraal, eerst luisteren, de opdracht samen met de klant formuleren, overeenkomstig de vraagstelling beantwoorden, maar beter nog de vraag formuleren die achter de opdracht zit en van daar uit proberen dat beetje extra te geven. Daarom is dat luisteren zo belangrijk.'
Berlee:
'Wij stelden in de eerste gesprekken vast dat we beiden in de dakenmarkt op verschillende niveaus werkten. Dat is wel zo fijn want dat betekent dat samengaan niet gelijk staat aan inbreiden. Slechts een klein deel van de werkzaamheden overlapte elkaar. Naast die overlap bleken de onderlinge kennisverschillen complementair te werken. Het klikte, waardoor kennisoverdracht en kennisontwikkeling tot stand kan komen.'
Bruins:
'Goede gesprekken, zou je kunnen zeggen. Na enkele gesprekken was er een basis gelegd voor een samenwerking. Gezamenlijk willen we doorgroeien tot een middelgroot adviesbureau waar dak- en gevelingenieurs zich kunnen uit leven. Een bureau waar ruimte is voor kennisontwikkeling, waardoor je naar de markt kunt terugkoppelen. Iets dat als klein bureau vrijwel onmogelijk is.'
Berlee:
'Ik kon dat laatste in ieder geval niet alleen. John Kelders was de eerste die mij er op wees dat het niet zo belangrijk is te weten wat je kan maar meer nog wat je niet kan. Voor dat laatste moet je samenwerken en je moet weten met wie want het moet met iemand zijn die kan wat jij niet kan.'
DGI / T-Joint B.V.
Dak- & Gevelingenieurs
Postbus 53
4940 AB RAAMSDONKVEER
tel. 0162-580073
fax. 0162-580632