Zoeken

Roofs 2004-09-08 Bedrijfsoverdracht: waar moet men aan denken?

Bedrijfsoverdracht: waar moet men aan denken?

Van vader op zoon

Het moet er eens van komen: het bedrijf dat met jarenlang hard werken en weloverwogen beleid is opgebouwd, moet worden overgedragen aan een ander. Vooral in de bouw gaan veel bedrijven over van vader op zoon. Deze praktijk kan, zowel zakelijk als privé, leiden tot complexe situaties; daarom is het belangrijk de overdracht zorgvuldig voor te bereiden. Roofs sprak hierover met Tom van den Berg , directeur van Kuiper & van den Berg BV Accountants.

Het accountantskantoor Kuiper & van den Berg heeft vestigingen in Zaandam, Hilversum en Delft. Het kantoor heeft een landelijke dekking, maar het grootste deel van het klantenbestand bevindt zich binnen deze driehoek. Het bedrijf heeft in totaal 30 medewerkers waaronder vier accountants en een fiscalist. Het voordeel van deze organisatie ten opzichte van de zogenaamde éénpitters is een grotere continuïteit en een hogere specialisatiegraad. Eén van de specialiteiten van het bedrijf is advies en bijstand in opvolging c.q. overdrachtszaken.

Hoewel iedereen vroeg of laat met deze materie te maken krijgt, is er maar weinig informatie over beschikbaar. Geen gewenste situatie, vindt ook Van den Berg: ‘Voor de continuïteit van het bedrijf, voor het veiligstellen van het bedrijfskapitaal en voor de familieverhoudingen is het van wezenlijk belang ver van tevoren grondig na te denken over de gewenste gang van zaken en daarover met alle betrokkenen intensief overleg te voeren. Om dat op een verantwoorde wijze te kunnen doen, moet men wel beschikken over de kennis over de verschillende mogelijkheden en valkuilen. Veel mensen schuiven het onderwerp voor zich uit, veelal om emotionele redenen, maar ik zou iedereen de raad willen geven tijdig te beginnen met het werk aan een soepele opvolging.’

Welke ondernemingsvorm?

De eerste vraag waar men zich goed rekenschap van dient te geven, is: welke ondernemingsvorm kies ik? Er zijn diverse vormen mogelijk (zie kader), allen met hun eigen voor- en nadelen. Van den Berg: ‘De overdracht van het bedrijf is een goed moment om de ondernemingsvorm te evalueren. De marktsituatie en het bedrijf zijn voortdurend aan veranderingen onderhevig. Toen het bedrijf werd opgestart, was bijvoorbeeld de VOF misschien wel de meest geschikte ondernemingsvorm, maar is dat nog steeds zo? Men dient zich daar voortdurend rekenschap van te geven.’

De verschillende ondernemingsvormen in het kort

1. Eenmanszaak

De ondernemer is de enige eigenaar van het bedrijf en de enige die de beslissingen neemt. Hij is met zowel zijn privé- als bedrijfsvermogen aansprakelijk. Tegenover de grote zelfstandigheid en gunstige beloningen voor de ondernemer staat het nadeel dat de continuïteit nauw is verbonden aan leeftijd en gezondheid van de ondernemer.

2. Vennootschap Onder Firma (VOF)

De VOF is een overeenkomst tussen minimaal twee personen met als doel het behalen van winst bij de uitoefening van een bedrijf onder gemeenschappelijke naam. De ondernemers zijn met zowel hun privé- als bedrijfsvermogen (hoofdelijk) aansprakelijk. In de VOF kunnen de taken verdeeld worden en overleg worden gevoerd. Daar staat tegenover dat de besluitvorming dikwijls trager verloopt. De continuïteit is doorgaans beter gewaarborgd, mits goed contractueel vastgelegd.

3. Commanditaire Vennootschap (CV)

Deze overeenkomst tussen twee of meer personen verschilt met de VOF doordat de commanditaire (stille) vennoot geen arbeid inbrengt, maar zich beperkt tot vermogensverschaffing. De beherende vennoot brengt de arbeid in en is met zowel privé- als zakelijk vermogen aansprakelijk. De commanditaire vennoot is alleen aansprakelijk tot het bedrag van zijn commanditaire vermogen. Het nemen van bepaalde beslissingen is - afhankelijk van de bepalingen in de akte - pas mogelijk na het fiat van de commanditaire vennoot.

4. Besloten Vennootschap (BV)

De BV heeft een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal. De hoogste macht ligt bij de algemene vergadering van de aandeelhouders. De BV bezit rechtspersoonlijkheid; dit betekent dat deze ondernemingsvorm geheel zelfstandig rechten en verplichtingen heeft. De aandeelhouders zijn in principe enkel aansprakelijk voor hun kapitaaldeelname. Normaal gesproken is de continuïteit in deze ondernemingsvorm goed gewaarborgd. In de dakenbranche is de BV verreweg de meest voorkomende ondernemingsvorm.

(Uit de brochure: Ondernemingsvormen, rechtsvormen en fiscale consequenties. Kuiper & van den Berg BV Accountants, juni 2001.)

BV

zichtbaar eigen vermogen

stamrecht- en pensioenvoorzieningen

debiteuren

onroerend goed

inventaris en machines

personeel

goodwill

Welke kandidaat?

De volgende vraag is: door wie laat ik mijn bedrijf overnemen? De keuze van een goede opvolger is volgens Van den Berg de meest belangrijke beslissing in het vraagstuk. ‘Vaak wil de eigenaar dat het bedrijf koste wat het kost binnen de familie blijft. Dat is het verkeerde uitgangspunt. Het gaat erom of de kandidaat geschikt is om het bedrijf te leiden. De opvolger moet immers de continuïteit van het bedrijf bewaren. Men moet daarom ruim de tijd nemen om de geschikte persoon te vinden.’

‘Vaak wordt onder tijdsdruk besloten dat bijvoorbeeld de oudste zoon het bedrijf moet overnemen,’ aldus Van den Berg. ‘Dat kan, maar wij raden altijd aan om uitvoerig te overleggen met de andere kinderen om te voorkomen dat deze zich benadeeld voelen. Als binnen de familie niemand geschikt is om het bedrijf over te nemen, kan men genoodzaakt zijn de opvolger extern te zoeken. Dat kan een persoon zijn, bijvoorbeeld een werknemer, of, en dat is veelal de minst aantrekkelijke optie, een collega-bedrijf kan het bedrijf overnemen. In alle gevallen moet er een prijs gevonden worden die voor alle partijen bevredigend is, en die voor de overnemende partij (die, als het een overdracht van vader op zoon betreft, in veel gevallen naar verhouding weinig vermogend is) is op te brengen. Zowel de bepaling van de prijs van het bedrijf als een goede overdrachtsvorm kan nieuwe problemen opleveren.’

Eén BV is geen BV

De uiteindelijke overdrachtsprijs is een optelsom van het binnen het bedrijf zichtbaar eigen vermogen, goodwill en meerwaarde: onroerend goed, inventaris en machines. Daarnaast dient een regeling getroffen te worden voor de stamrecht- en pensioenvoorzieningen. Vaak is dit alles ondergebracht in één BV (zie schema 1).  ‘Een dergelijke onderneming is niet rijp voor overname,’ aldus Van den Berg. ‘Eén BV is geen BV. Het risico is in deze structuur levensgroot dat de eigenaar in geval van grote problemen alles kwijtraakt. Het bedrijfskapitaal, het bedrijfspand (inclusief inboedel), maar ook het privé-vermogen (in de vorm van geleende gelden aan de BV), het pensioen, het stamrecht: alles. Daar komt bij dat het voor de overnemende partij vrijwel niet is op te brengen deze organisatie over te nemen. Welke beginnende, jonge ondernemer zou een dergelijke lening af kunnen sluiten?’

Van den Berg raadt daarom in veel gevallen de vier lagen structuur aan (zie schema 2). In deze opzet wordt het bedrijfsvermogen binnen een fiscale eenheid gesplitst in vier BV’s. Hiermee wordt bijvoorbeeld het kapitaal ondergebracht in een holding, het onroerend goed in een tussenholding, de inventaris en machines in een verhuur BV en het personeel, de debiteuren en de voorraad in een werkmaatschappij. Deze organisatie is flexibel: bij problemen loopt immers in eerste instantie alleen de werkmaatschappij risico: het onroerend goed en de inventaris blijven ongemoeid, evenals: de pensioen- en stamrechtvoorzieningen, de winstreserves en de eventueel uit privé aan de BV geleende gelden.

Als de zoon het bedrijf over wil nemen, zou hij kunnen beginnen met in eerste instantie alleen de werkmaatschappij over te nemen. De inventaris en de machines kan hij in dat geval huren bij de verhuur BV. Tegen de tijd dat de werkmaatschappij voldoende winst heeft gemaakt, kan de zoon overwegen de verhuur BV ook over te nemen. En zo verder. Een dergelijke constructie heeft vele voordelen: de risico’s worden gespreid, de overname geschiedt geleidelijk, de zoon die het bedrijf overneemt, doet ervaring op, etc. Wel is het raadzaam alle afspraken van te voren goed vast te leggen in (ver)huurcontracten met koopopties en dergelijke.

‘Er is echter geen overdracht hetzelfde,’ stelt Van den Berg. ‘Afhankelijk van de situatie kan men er bijvoorbeeld ook voor kiezen de zoon te laten participeren in een VOF en diens aandeel geleidelijk te laten groeien. Deze geleidelijke vorm van overdracht kan bovendien fungeren als ‘worst’, als een manier om de beoogd opvolger, de zogenaamde kroonprins, aan het bedrijf te binden. Ook dit recht om op termijn het bedrijf over te nemen, dient ruim van tevoren schriftelijk te worden vastgelegd, om onaangename verrassingen te voorkomen.’

Testament

De ondernemer doet er bovendien goed aan vast te leggen wie het bedrijf overneemt in geval hij komt te overlijden. Van den Berg: ‘Velen gaan ervan uit dat het erfrecht in de wet afdoende is geregeld, maar dat is slechts ten dele het geval. Om een voorbeeld te geven op basis van het huidig erfrecht (ingegaan 1 januari 2003): bij het overlijden van de man verkrijgt zijn partner automatisch de rechten. In het geval zij allebei komen te overlijden, worden hun bezittingen gelijkwaardig over de kinderen verdeeld. Deze kinderen hebben dikwijls ook weer partners; als zij in gemeenschap van goederen getrouwd zijn, kan het bedrijfskapitaal versnipperd raken. Om dit te voorkomen, kan men een privémakingsclausule, of: exclusiviteitsclausule in het testament op laten nemen, waarbij alleen het eigen kind het kapitaal erft. In het testament kan een ouderlijke boedelverdeling worden opgenomen om de continuïteit beter te regelen.’

‘In de meeste gevallen zal het de bedoeling zijn dat één kind het bedrijf erft. Formeel heeft dit kind dan een schuld aan de broers of zussen. Voor de continuïteit van het bedrijf is het van belang testamentair vast te leggen welk kind verkrijgt en op welke wijze dit kind de schuld aflost: een aflossing in termijnen is in dit geval natuurlijk de beste optie. In bepaalde gevallen kan een kind in de legitime gesteld worden, dwz. beknotten op het erfdeel.’

Holding

zichtbaar eigen vermogen

stamrecht- en pensioenvoorzieningen

Tussenholding

onroerend goed

Verhuur BV

inventaris en machines

Werkmaatschappij

personeel

debiteuren

voorraad

Omstandigheden

In de huidige marktsituatie is het klimaat weinig gunstig voor een overdracht. Van den Berg: ‘De waarde van de aandelen wordt mede bepaald door o.a. de overwinst (het economisch resultaat) en de zogenaamde goodwill. Door de huidige economische situatie staat bij veel bedrijven het economisch resultaat sterk onder druk en daarmee ook de goodwill. Er zijn gevallen bekend van bedrijven die al jaren aan overname toe zijn, maar vanwege de marktomstandigheden genoodzaakt zijn het bedrijf voort te zetten tot er gunstiger tijden aanbreken. Dit illustreert hoe belangrijk het is tijdig over de opvolging na te denken, vaak is het een proces van vele jaren.’