Roofs 2009-06-10 Bijna een 10 voor daktechniek
Hoe staat het met de kwaliteit van het werk van dakdekkers? Dat is een vraag die het best te beantwoorden valt door een certificerende instelling. Als certificerende instelling inspecteert IKOB-BKB regelmatig de kwaliteit van daken. Zo zijn vorig jaar 699 inspecties voor de reguliere schubvormige dakbedekking uitgevoerd. Ook zijn diverse inspecties uitgevoerd voor het aanbrengen van natuursteenleien, zink en het plaatsen van prefab-kapconstructies. Dit artikel presenteert de bevindingen van de inspecties van de schubvormige dakbedekking.
I J.R. van der Eeze, IKOB-BKB
Hieronder staat een tabel met een samenvatting van alle bevindingen van 699 inspecties. Het percentage geeft het aantal gevallen aan waarin er aanleiding was om een opmerking te plaatsen. De kritische lezer kan zich met een blik op de tabel afvragen of er ooit wel een opmerking wordt geplaatst: de percentages zijn immers wel heel laag. Het tegendeel is waar. Gemiddeld wordt bij één op de twee inspecties een opmerking geplaatst over de techniek als er een tekortkoming van de dakdekker wordt gesignaleerd. Gelukkig blijkt dat het merendeel daarvan incidenten zijn. Dat wil zeggen dat de bevindingen niet structureel plaatsvinden bij het bedrijf. Als dit wel het geval blijkt kan een KOMO-gecertificeerd bedrijf een sanctie opgelegd krijgen. Dat is de afgelopen jaren helaas ook een aantal keer voorgekomen.
Positief resultaat kwaliteitszorg
Voor KOMO-bedrijven geldt dat in ongeveer de helft van de geconstateerde afwijkingen de opdrachtgever verantwoording neemt voor het niet-voldoen aan de eisen. De opdrachtgever is het bedrijf of organisatie dat het gecertificeerde bedrijf de opdracht tot uitvoering verstrekt. Meestal zijn dit bouwbedrijven, woningbouwcorporaties of particulieren. In sommige gevallen is dit vanuit het bestek geregeld. Soms is vastlegging door de dakdekker echter strikt noodzakelijk, wat ook gebeurt. Dit is te zien in aan het percentage in de kolom “opdrachtgever”. Dit is een positief resultaat van jaren kwaliteitszorg binnen de branche.
IKOB-BKB behandelt jaarlijks enkele tientallen geschillen en schadegevallen, veelal van werk uitgevoerd door niet-KOMO-gecertificeerde bedrijven. Hieruit blijkt dat bij deze bedrijven vrijwel nooit afwijkingen ten opzichte van opdrachten, bouwregelgeving en verschuivingen in verantwoordelijkheden worden vastgelegd. De dakdekker is echter specialist op zijn vakgebied wat hem dan in een slechte juridische positie brengt bij een schadegeval of geschil. Het gevolg kan zijn dat herstelwerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd, van het plaatsen van een vogelschroot tot het opnieuw verankeren van een dak. Daar komen we nog een keer uitgebreid op terug.
Geflatteerde uitslagen
Voor enkele onderdelen geldt dat het slechts zelden onderdeel uitmaakt van de opdracht van de dakdekker. Voorbeelden zijn het aanbrengen van een dampremmende folie, dakbeschot en isolatiemateriaal. Deze onderdelen geven in de tabel een geflatteerde uitslag. Met betrekking tot de opmerkingen over het niet-verankeren volgens schema moet worden aangevuld dat daardoor niet in alle gevallen het probleem van afwaaien ontstaat. Zo kan met opzet zijn afgeweken omdat de aannemer nog een goot moet bevestigen ter plaatse van een dakvoet. IKOB-BKB ziet erop toe dat in deze gevallen direct corrigerende maatregelen worden getroffen.
Niets te verbeteren?
Is er dan niets te verbeteren bij de KOMO-gecertificeerde bedrijven? Ja dat is er wel. Zo zijn er algemene eisen aan het bijhouden van de kwaliteitsdocumenten en de aanwezigheid van de juiste verwerkingsrichtlijnen. Het zijn de puntjes op de i. Met andere woorden, de dakdekkers krijgen wel een ruime voldoende, maar geen score zoals de 10 voor techniek!