Zoeken

Roofs 2013-08-06 De dakenbranche anno 1983

De dakenbranche anno 1983 was algemeen gesproken een conservatieve markt en de dakdekker was de risee van de bouwplaats. De professionalisering van de markt kreeg een gezicht door de oprichting van het eerste vakblad voor de dakenbranche, DIM. In dit artikel een overzicht van de dakenbranche anno 1983.

De geschiedenis van het vak is in 2007 gedocumenteerd door Albert van den Hout in de publicatie Het dak moet dicht. De ontwikkeling van het platte dak op schrift gesteld, een boek dat hij schreef n.a.v. het 25-jarig bestaan van branchevereniging VEBIDAK. Hij geeft daarin een beschrijving van de ontwikkeling van de eerste dakrol (papier dat werd bestreken met houtteer en bestrooid met zand) tot en met de kansen die tegenwoordig ontstaan door het meervoudig dakgebruik. De dakenbranche aan het begin van de jaren ’80 had juist het mastiekdak achter zich gelaten. Van den Hout beschrijft dat het einde van het mastiekdak werd ingeluid door de opkomst van het geïsoleerde dak. Door toepassing van de isolatieplaten diende het dak aan nieuwe eisen te voldoen waar dus ook nieuwe systemen voor nodig waren.

Simon van der Meulen, momenteel directeur van het dakdekkerbedrijf S.V.D.M. Dakbedekkingen te Hendik Ido Ambacht, was eerder in de branche werkzaam bij Swindak en Intradak. In 1983 was hij als uitvoerder werkzaam bij Swindak. Tijdens het jubileum van VEBIDAK in 2007 werd de familie Van der Meulen nog in het zonnetje gezet omdat de familie vier generaties dakdekkers heeft voortgebracht: opa, vader, zoon en kleinzoons.

“Platte daken werden tot 1975 doorgaans nog gegoten aangebracht, met mastiek of vloeibare bitumen,” vertelt Simon van der Meulen. “Dat was zwaar en vies werk. Hierdoor was de dakdekker niet populair op de bouwplaats omdat hij bitumen of teer aan zijn kleren had, waarmee hij het  meubilair van de schaftketen besmeurde. Dakdekkers waren overwegend ongeschoold en het was doorgaans ruw volk. Anno 1983 bestond de markt vooral uit daken die werden uitgevoerd met de gebitumineerde polyestermat en gebitumineerd glasvlies en de gemodificeerde dakrollen, die in de 70-er jaren in Nederland werden geïntroduceerd. Mastiekdaken waren toen al verleden tijd. Op het gebied van arbo was er nog maar weinig geregeld. Verticaal transport van de dakrollen geschiedde nog veel via ladders. Van dakrandbeveiliging had nog niemand gehoord.”

Professionalisering

Chris Appels, directeur van dakgroothandel Altena Dak & Gevel was als verkoopleider van isolatiefabrikant Unidek jarenlang mede verantwoordelijk voor de opkomst van het geïsoleerde dak. Hij herinnert zich het verschijnen van de eerste DIM nog goed. “Het was in een periode waarin de branche zich duidelijk begon te professionaliseren. Branchevereniging VEBIDAK werd in 1982 in de ‘nieuwe stijl’ opgericht. In 1983 werd vervolgens door de branchevereniging een begin gemaakt met de oprichting van een instituut voor collectieve beroepsopleiding (vanaf begin deze eeuw ondergebracht in Tectum). Vrijwel tegelijkertijd nam ook Buro Dakadvies (BDA) het initiatief tot een branchebrede dakpraktijkschool.”

“Tegelijk werd een begin gemaakt met de ontwikkeling van de Vakrichtlijnen; VEBIDAK ontwikkelde de VB Richtlijnen en BDA de BDA normen. De markt werd bepaald door een relatief klein aantal grotere dakdekkerbedrijven: tegenwoordig zijn er veel meer kleine. Deze dakdekkerbedrijven begonnen ook materialen te verkopen. De dakgroothandel begon voet aan de grond te krijgen.”

“De dakenbranche bevond zich begin jaren ’80 kortom in een overgangsperiode. Er was hierdoor een grote behoefte aan kennis en aan de uitwisseling daarvan. De toegevoegde waarde van het vakblad DIM was dan ook hoog. Het blad beschreef de ontwikkelingen: productontwikkelingen, maar ook o.a. ontwikkelingen op het gebied van techniek. Er is vandaag de dag geen product op de markt dat niet in DIM of de opvolger Roofs is beschreven. Bovendien liet het blad ook zien wat er zoal mis kon gaan.”

Isolatie

Een van de eerste kwesties die het vakblad aan de orde stelde waren de problemen met eenlaagse bitumineuze dakbedekkingen. Al in de eerste editie deden hoofdredacteur Luud du Puy en medewerker Albert van den Hout aanbevelingen om schades als gevolg van veroudering  en mechanische belasting te voorkomen. Een ander probleem dat speelde was het lekken van teer. Appels: “Het fenomeen isoleren nam in die periode een vlucht. Met name als gevolg van de oliecrisis werd men zich ervan bewust dat de isolatie van een gebouw energiebesparing oplevert. Maar hoe dit het beste kon worden aangepakt, zowel in technisch als in economisch opzicht, daar was men nog niet uit. De opkomst van het geïsoleerde dak (met de isolatie óp, in plaats van onder het dak) markeerde het einde van het mastiekdak. In eerste instantie bestond de isolatie uit kurk en kanaalisolatieplaten.”

“In de jaren ‘70 kwam de toepassing van EPS en gecacheerde polyurethaan isolatie op. Hier bovenop werd de mastiek gegoten. Het gevolg was dat de dakbedekking op zonnige dagen veel warmer werd en temperaturen bereikte die boven het verwekingspunt van de dakbedekking lagen. Hierdoor ging het materiaal vloeien en ontstond teerlekkage: bij doorvoeren en afvoeren lekte de dakbedekking naar binnen. Dit soort problemen werd met de komst van DIM marktbreed bekend gemaakt en daarmee joeg het blad ontwikkelingen aan.”

Professionalisering

Van der Meulen: “De professionalisering van de branche uitte zich in verschillende opzichten. Om van het vieze imago af te komen en de branche omhoog te tillen werd er toen met name bij Swindak veel aandacht besteed aan de uitstraling van het bedrijf door veel aandacht te besteden aan bijv. schone bussen en het door het bedrijf laten wassen van werkkleding. Het kantoorpersoneel en de uitvoerder glad geschoren, keurig in het pak en schone nagels.”

“Hetzelfde zag je met de dakmaterialen. De eerste APP rol was bijvoorbeeld wel even wennen. Er waren zelfs dakdekkers, die nog een apart strookje over de naden brandden, omdat ze die ene laag niet vertrouwden. Wij waren ook heel blij met de komst van BDA. Dit was een belangrijke ontwikkeling in de branche, omdat door de aanbevolen richtlijnen ook opdrachtgevers een beter inzicht in de materie kregen en daarbij konden zien dat wij als dakdekkers niet zomaar wat aan het doen waren.”

“Door de komst van met name de DIM werden voorkomende problemen in de branche onder de loep genomen, wat er volgens mij toe heeft geleid dat  de ‘know how’ van de dakdekkersbedrijven breder gedragen werd in de bedrijven, omdat een ieder het blad onder ogen kreeg. Nog steeds zit ik bij voorkomende gevallen op het internet in oude edities te zoeken naar eventuele oorzaken en/of meningen.Als je dan ook ziet wat voor producten en ontwikkelingen er nu allemaal op de markt zijn dan weet je dat de ontwikkelingen in dertig jaar hard zijn gegaan.”