Roofs 2015-11-22 Luchtdicht renoveren van hellende daken (premium)
Voortvloeiend uit het convenant Energiebesparing Huursector wordt momenteel de energetische kwaliteit van veel bestaande bouw opgewaardeerd naar minimaal label B. Leverancier voor hellende daken Monier onderzocht hoe luchtdicht de hellende daken zijn na uitvoering van de renovatie. Manager dakservice Jan van Leeuwen licht de resultaten toe en doet aanbevelingen
Jan van Leeuwen, Monier
Veelal wordt bij opwaardering naar bijvoorbeeld label B ervoor gekozen het bestaande dakbeschot te handhaven en alleen de isolatie en vaak ook de dakbedekking te vervangen. De belangrijkste reden is om overlast voor de bewoners zo veel mogelijk te beperken. Hoe luchtdicht is het resultaat? Meten is weten. Wij hebben van een woningcorporatie, aannemer en dakdekker toestemming gekregen aan het begin van een grootschalig renovatieproject een blowerdoor-test uit te voeren op de eerst uitgevoerde woning. Dit is het meest gunstige moment omdat op dat moment de werkmethode voor de rest van het project nog aangepast kan worden, mocht dit nodig blijken.
Opdrachtgevers van grootschalige renovaties geven juist de voorkeur aan het handhaven van het bestaande dakbeschot zodat bewoners minder overlast hebben bij het uitvoeren van een dakrenovatie. Als het bestaande dakbeschot blijft gehandhaafd, is er geen sprake van verandering van de integrale bouwschil. Hierbij mag worden uitgegaan van het rechtens verkregen niveau voor zover dat niveau voor de warmteweerstand niet lager is dan 1,3 m².K/W. In de praktijk wordt vaak gekozen voor een na-isolatieplaat met een Rc-waarde tussen 2,5 en 4 m²k/W.
Blowerdoortest
Bij een blowerdoor-test wordt de woning onder druk gebracht. Vervolgens blaast men een vorm van ‘rook’ de binnenruimte in. Door de overdruk wordt de rook door de naden en kieren naar buiten geduwd zodat zichtbaar is waar de luchtlekken zitten. Daarnaast hebben we infrarood-metingen uitgevoerd. Daarvoor is de binnenruimte flink warm gestookt: voor een goed resultaat moet het temperatuursverschil tussen binnen en buiten minimaal 15°C zijn. Aan de hand van de temperatuursverschillen wordt veel duidelijk over de luchtstromen in de constructie. Belangrijk is, dat de gegevens van deze metingen op een juiste manier worden geïnterpreteerd. Dat is specialistische kennis, niet zomaar iedereen beschikt daar over.
Bij dit project heeft de opdrachtgever niet bespaard op de isolerende maatregelen. Het betreffende dakdekkerbedrijf heeft een goede naam en de werkzaamheden zijn naar eer en geweten uitgevoerd. Verwacht mocht dus worden dat kwalitatief hoogstaand werk is geleverd en dat het beoogde resultaat hierdoor zou worden gehaald. Uit de metingen bleek hoe lastig het is om in die situatie een acceptabele luchtdichtheid te krijgen. Met name bij de aansluitingen (gordingen, hoeken, dakvoet, gevel, nok, dakdoorbrekingen) blijkt dat er ca. 25-30% van de warmte door het dak verdwijnt. Het resultaat komt niet overeen met de vooraf gestelde eisen. Het is dus van belang om te analyseren hoe deze situatie heeft kunnen ontstaan en wat gedaan kan worden om de praktijk in de toekomst te verbeteren.
Voorkomen van luchtlekken
De aansluitingen tussen de isolatie en de constructie, en die tussen de isolatieplaten onderling, zijn kennelijk lastig luchtdicht te krijgen. We hebben te maken met een bestaande constructie, waar in de loop der jaren door werking van de constructie kieren in zijn ontstaan. Doordat de isolatieplaten niet goed aansluiten op de ondergrond, ontstaat er een spouw. Bij het aanbrengen van isolatieplaten op een bestaand dakbeschot zijn de bestaande aansluitingen de zwakke plekken. In de tijd dat de oorspronkelijke kap werd gemaakt was luchtdichtheid geen issue. Als bij het aanbrengen van een isolatielaag aan de buitenzijde de aandacht alleen uitgaat naar die isolatielaag, dan blijven de enorme luchtlekken in de bestaande aansluitingen bestaan.
Traditioneel worden naden tussen isolatieplaten, dakdoorbrekingen en andere aansluitingen luchtdicht ingewerkt d.m.v. purschuim. Dat kan in principe wel, op voorwaarde dat dit zorgvuldig gebeurt en dat gebruik wordt gemaakt van een flexibele pur. Belangrijk is ook dat de naden goed vol met pur worden gespoten, anders is de afdichting toch nog te beperkt. Bij toepassing met minerale wol op woningscheidende muren moet de overtollige pur worden verwijderd, anders ontstaat door het hoogteverschil dat door de overtollige pur wordt veroorzaakt alsnog een luchtstroom tussen de minerale wol en de bouwmuur.
Voor het luchtdicht inwerken van dakdoorvoeren zijn voldoende oplossingen beschikbaar in de markt. Denk hierbij aan manchetten, kragen etc. Het vergt een zeker bewustzijn en een mentaliteit die gericht is op het leveren van kwaliteit om bij dit soort oplossingen stil te staan en ze daadwerkelijk toe te passen. Overigens valt een bestaand dak vrijwel nooit geheel luchtdicht uit te voeren, je blijft altijd een klein verlies houden.
Proces
Om het resultaat te optimaliseren, is het aan te raden het bouwproces zodanig in te richten dat middels een voortdurende controle en evaluatie het ontwerp en de werkmethode gedurende het project steeds wordt bijgesteld. Na de uitvoer van een proefwoning kan de methode worden getest en geëvalueerd, zoals wij tijdens het in dit artikel besproken project hebben gedaan. De evaluatie hiervan kan leiden tot een aanpassing van de werkmethode. Deze aangepaste werkmethode zou vervolgens ook weer gecontroleerd en geëvalueerd moeten worden, zodat er een voortdurend verbeterproces wordt ingezet. Dit vergt zowel een (beperkte) financiële investering, als een houding waarin bouwpartijen zich kwetsbaar durven op te stellen. Als het goed is, zullen steeds minder aanpassingen nodig zijn en wordt het luchtdicht uitvoeren van een bestaand dak steeds meer routinematig. De financiële investering in het begin van het proces zal zich op langere termijn ruimschoots terugverdienen door energiebesparing en reductie op faalkosten.
Het is raadzaam om op het volledige bestaande dakvlak een luchtdichte laag toepassen in de vorm van een dampscherm alvorens de isolerende dakplaten worden aangebracht. Door het dampscherm door te laten lopen over de nok en over de aansluitingen met bouwmuren wordt luchtdichtheid van het dakvlak en bovengenoemde aansluitingen gewaarborgd. Dan vergen de aansluitingen van het bestaande dakbeschot met de kopgevel, dakvoet en dakdoorbrekingen nog wel de nodige aandacht. De praktijk heeft geleerd dat deze aansluitingen niet in alle situaties heel goed luchtdicht te maken zijn, maar met voldoende aandacht wel op een acceptabel niveau.
Ook kan men overwegen het oude dakbeschot volledig te verwijderen en er een volledig nieuw sandwichelement voor in de plaats aan te brengen. Als deze keuze wordt gemaakt, is er wel sprake van verandering van de integrale gebouwschil, en als het dakoppervlak ook nog eens meer is dan 25% van de totale bouwschil (in meeste situaties is dat het geval) dan gelden de nieuwbouweisen van Bouwbesluit 2012. Conform de gedifferentieerde Rc-waarde die per 1 januari 2015 is ingevoerd, geldt dan voor het dak een minimale eis van Rc 6 m²k/W. De keuze om het dakbeschot te vervangen heeft dus meteen verstrekkende gevolgen. De renovatiewerkzaamheden hebben meer impact op de woonsituatie en kan door de bewoners als meer overlast worden ervaren. Daar tegenover staat een goed geïsoleerde kap met aansluitingen die goed luchtdicht af te werken zijn. Bijkomend voordeel is een fraai afgewerkte binnenzijde. Dus al met al een flinke meerwaarde voor de onderliggende ruimtes. Kijkend naar de voordelen op de lange termijn lijkt deze laatste optie de beste.