Zoeken

Roofs 2016-06-12 Leveranciers (van dakproducten) en kwaliteitsborging (premium)

Kwaliteitsborging in de bouw is een ­thema dat steeds actueler wordt. ­Onlangs heeft minister Blok de conceptwet ‘kwaliteitsborging voor het bouwen’ naar de Tweede Kamer gestuurd. In dit artikel blikken we vooruit op de impact op de bouw zoals we die verwachten en met name op de rol van de leveranciers (van dakproducten). Ook andere trends die kwaliteitsborging raken komen aan de orde, zoals de industrialisatie in de bouw, nieuwe contractvormen, garanties en aansprakelijkheidsvraagstukken.

ir. Otto Kettlitz, Nieman-Kettlitz Gevel en Dakadvies bv

ing. Johan van der Graaf, Nieman Raadgevend Ingenieurs bv

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Volgens de conceptwet Kwaliteitsborging voor het bouwen – die naar verwachting in 2018 in werking treedt – wordt de toetsing aan het Bouwbesluit van (in eerste instantie) eenvoudige projecten bij de private markt gelegd. Dit betreft projecten met een laag risico, zoals woningen en (eenvoudige) bedrijfsgebouwen. De bouwsector ontwikkelt instrumenten voor de uitvoering van de kwaliteitsborging, aan de hand waarvan kan worden bepaald of een bouwwerk voldoet aan het Bouwbesluit.

De opdrachtgever kiest het instrument waarmee hij de kwaliteitsborging voor het bouwen van zijn bouwwerk laat uitvoeren en een partij die gerechtigd is om met dit instrument te werken: de onafhankelijke kwaliteitsborger. Tijdens het ontwerp- en uitvoeringsproces kijkt de kwaliteitsborger mee en op basis van zijn bevindingen geeft hij na oplevering al dan niet een ‘as-built verklaring’ af. De rol van de gemeente blijft in dat geval beperkt tot het toetsen van het bouwplan op papier aan welstand, omgevingsveiligheid en bestemmingsplannen. Verder controleert de gemeente of het juiste instrument en de juiste kwaliteitsborger zijn vermeld in de aanvraag.

Wat betekent dat voor de bouwer?

De rol van de kwaliteitsborger is in de basis heel eenvoudig: hij toetst alleen of de kwaliteit van het ontwerp en van de uitvoering overeenkomt met de voorschriften van het Bouwbesluit 2012 en eventueel andere vooraf gemaakte bindende afspraken. Bij kwaliteitsborging is er een aantal toetsmomenten tijdens kritische bouwfasen. Na goedkeuring kan de bouwer weer verder. Hoe beter een bouwer zijn eigen kwaliteitsborging op de bouwplaats op orde heeft, des te sneller en effectiever en dus efficiënter kan een kwaliteitsborger constateren dat aan de eisen is en wordt voldaan. Om het nieuwe systeem optimaal te laten functioneren is het nodig dat bouwers het zorgen voor conformiteit met de bouwregelgeving in hun processen integreren.

Wat betekent dat voor de (dak)leverancier?

Wij denken dat de volgende ontwikkelingen ertoe gaan leiden dat de toeleveranciers tijdens ontwerp en uitvoering in de toekomst een grotere rol kunnen krijgen/nemen:

  • Nieuwe contractvormen waarbij de aannemer ook tijdens het gebruik van het bouwwerk voor een bepaalde periode verantwoordelijk blijft voor het onderhoud;
  • De grotere aansprakelijkheid voor aannemers die in het concept-wetsvoorstel is opgenomen;
  • De toenemende industrialisatie in de bouw/conceptueel bouwen;
  • Aantonen dat op een deelgebied aan het Bouwbesluit (en eventuele andere eisen) kan worden c.q. is voldaan.

We zien nu al in de praktijk dat aannemers toeleveranciers nadrukkelijker vragen om langere en uitgebreidere garanties op hun producten. Dat heeft onherroepelijk effect voor de voorwaarden waaronder leveranciers hun producten gaan aanbieden. Zij hebben immers de kennis over de geleverde producten in huis en zij weten onder welke toepassings- en verwerkingsvoorwaarden hun product in samenhang met de toepassing van andere producten voldoet aan het Bouwbesluit. In het geval een aannemer gedurende de gebruiksfase voor een bepaalde periode verantwoordelijk is voor het onderhoud, kan ook dat gevolgen hebben voor de keuze van het kwaliteitsniveau van een bepaald product. Wij denken dat de vergrote aansprakelijkheid in het conceptwetsvoorstel de hiervoor geschetste ontwikkeling verder zal versterken.

Bijvoorbeeld, specifiek m.b.t. daken, kan een leverancier van dakisolatie in combinatie met een bepaald bevestigingspatroon en type bevestiger een bepaalde isolatiewaarde garanderen. Maar een dergelijke garantie kan natuurlijk ook komen van de leverancier van bevestigingsmiddelen. Als het dak boven bijvoorbeeld een zwembad wordt gerealiseerd, kunnen hierbij ook garanties worden gegeven in relatie met de vochthuishouding en de duurzaamheid van de isolatiebevestigingen.

Omdat CE-markeringen productgericht zijn en niet het pro­duct in zijn toepassing betreffen, dient er in aansluiting op deze markering nog een toepassings- en verwerkingsvoorschrift te komen, mogelijk ook inclusief een project­gerelateerd onderdeel. De leverancier die dit kan bieden, kan een beslissend voordeel halen op zijn concurrenten. Dit bespaart de aannemer in directe zin immers tijd en geld, en verkleint ook de bijhorende risico’s, en ook in indirecte zin omdat de kwaliteitsborger dit onderdeel kant en klaar kan overnemen en inpassen in het door deze borger gehanteerde borgingsinstrument.

In het geval van een leverancier die geen garantie kan bieden op het toegepaste product m.b.t. bepaalde al of niet in het Bouwbesluit voorgeschreven prestaties, zal de aannemer en/of borger dit zelf moeten gaan vaststellen op projectbasis. Duidelijk is dat dit weinig aantrekkelijk is, kostenverhogend, tijdrovend en extra risico’s met zich zal brengen. Een dergelijke actieve positie innemen betekent voor de leverancier wel dat deze de noodzakelijke deskundigheid tot zijn beschikking moet hebben, dat zijn producten in hun toepassing zijn getest en/of berekend, dat zijn informatieoverdracht correct dient te zijn en conform de Nederlandse regelgeving en dat er eenduidige toepassings- en uitvoeringsvoorschriften dienen te zijn. Nog een stap verder is het kant en klaar aanleveren van projectgebonden informatie (tekeningen, berekeningen) en/of het controleren op de bouwplaats.

Leveranciers met hun vaak beduidende mogelijkheden ­kunnen hierdoor een sterke positie in gaan nemen maar
zo ook het conceptueel bouwen (industrialisatie) in de bouw in de hand werken. Dit leidt tot een vermindering van het aan­tal kritische aansluitdetails tussen bouwdelen, minder partijen, duidelijker verantwoordelijkheden en beter geïntegreerde onderdelen, hetgeen uiteindelijk zal leiden tot betere kwaliteit. In deze optiek wordt de aannemer steeds meer een coördinator en procesbewaker.

Om als toeleverancier blijvend aan deze verwachtingen te kunnen voldoen, is het verstandig dat zij zich nu reeds voorbereidt op de geschetste ontwikkelingen. Dat kan eenvoudig op basis van de drie thema’s die ook in de conceptwet ­Kwaliteitsborging voor het bouwen en de bijbehorende AMvB aan de orde komen: ‘product’, ‘proces’, en ‘persoon’:

  • ‘Product’: is de productdocumentatie op orde (CE-markering, attesten, kwaliteits-verklaringen, toepassings- en ­verwerkingsvoorschriften e.d.) op basis van de Europese en Nederlandse regelgeving, zodat een kwaliteitsborger effectief kan vaststellen of de geleverde en toegepaste producten in onderlinge samenhang in het bouwwerk kunnen voldoen en ook daadwerkelijk voldoen aan het Bouwbesluit 2012?
  • ‘Proces’: zijn ontwerp- en uitvoeringsrisico’s in de in- en externe bedrijfsvoering voldoende geborgd? Geven de toepassingsvoorwaarden van de producten voldoende zekerheid om de montage volledig door de aannemer te laten plaatsvinden? Is daarop controle noodzakelijk door de leverancier? Of moet montage/applicatie volledig ­onder de verantwoordelijkheid van de leverancier zelf plaatsvinden om te kunnen garanderen dat het (op)geleverde resultaat aan Bouwbesluit 2012 voldoet? Hierbij kunnen onderscheiden gemaakt worden naar complexiteit van het werk, niveau van gevraagde garanties, deskundigheid van de verwerker etc.
  • ‘Persoon’: zijn de betrokken werknemers/adviseurs voldoende gekwalificeerd om in dit nieuwe kwaliteitsdenken hun rol te kunnen uitvoeren, of is daarvoor aanvullende opleiding nodig?

Kortom: door de komende ontwikkelingen op het gebied van kwaliteitsborging in de bouw liggen er voor de toeleverende industrie voldoende (nieuwe) uitdagingen en kansen om zich in de komende tijd te (her)positioneren. Wij denken ook dat kwaliteitsborging aan leveranciers en producenten mogelijkheden biedt om zich in de bouwpraktijk te profileren. Met dit artikel willen wij een eerste aanzet geven t.b.v. het vormen van beeld van deze toekomstige situatie om tot een strategie te kunnen komen en om de wijze te kunnen bepalen waarop daar invulling aan gegeven kan gaan worden, inclusief de eventueel daarbij benodigde inspanningen.