Zoeken

Roofs 2020-01-03 Is de architect het volgende 'slachtoffer'?

column

De milieuwetgeving kent op dit moment de eerste ‘slachtoffers’ in de vorm van de boeren, aannemings­bedrijven en grondverzetbedrijven. De vraag is: wat is de volgende bedrijfstak of beroepsgroep die door nieuwe ­milieuwetgeving, al of niet onverwacht, in de verdrukking zal worden gebracht?

Wij geven bij Nieman-Kettlitz cursussen of het gebied van het verduurzamen van de gebouwschil. Zaken als duurzaam materiaalgebruik, multifunctioneel gebruik en demontabel bouwen worden daarin behandeld, benoemd en gewogen. Kernwoorden hierin zijn o.a.: optimaal ruimtegebruik, minimaal materiaalgebruik, prefabricage en standaardisatie. Dit roept enige associatie op met het bouwen in het voormalige Oostblok, de ‘Stalin Barok’. De destijds in de Sovjet-Unie gebezigde bouwwijze komt in de buurt van deze uitgangspunten: óók duurzaam materiaalgebruik is in deze concepten in te passen.

Daartegenover (of beter gezegd: haaks daarop!) staat de huidige architectuur, Want bijna ieder ontwerp is uniek: gevels en daken kennen bij voorkeur rondlopende en veelvuldig in horizontale en verticale richting verspringende vlakken. Het aantal mogelijke gevel- en dakproducten, waaruit kan worden gekozen en ook daadwerkelijk wordt gekozen, is schier oneindig. Bijna niets is standaard, glazen vlakken doorbreken meer gesloten delen etc. etc. En let wel: een groene gevel hier, een retentie-oppervlak daar en zonnepanelen op zich leiden niet tot een gebouwschil die als ‘verduurzaamd’ kan worden gekwalificeerd. Daar komt méér bij kijken.

Kortom: de huidige trends in de architectuur botsen frontaal met de nieuwste inzichten betreffende duurzaam bouwen en het verduurzamen van de gebouwde omgeving. Wat overblijft is verwarring.

Deze confrontatie tussen individualisering enerzijds (mede op basis van een almaar toenemende mondigheid van de burger), en anderzijds de door wetgeving ondersteunde, strak omkaderde spelregels voor het behoud van het milieu en reductie van belastende stoffen, lijkt symbolisch voor de toekomst. De krachten die bij deze confrontatie los zullen komen, zijn niet te onderschatten.

De toekomstige architectuur kan daar een spiegelbeeld van zijn. Worden het gebouwen op basis van individualisme en creativiteit (met de daarbij behorende beperkingen wat betreft verduurzaming) met de architect in de hoofdrol? Of worden het door grote bouwbedrijven volledig uitontwikkelde, uitgeteste en milieutechnisch geoptimaliseerde concepten, waarbij de rol van architect gemarginaliseerd zal worden?

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen vormt een impuls in de laatste richting.

Wie durft er een wedje op te doen?
Ik niet…

Otto Kettlitz