Roofs 2023-07-44 Op zoek naar biobased dakisolatie voor de woningcorporatie
Special Isolatie / brandveiligheid
Met een aanbestedingstraject daagde woningcorporatie de Alliantie de markt uit om te komen met het beste biobased isolatiemateriaal voor haar daken. Van de dertien mogelijke producten zijn er twee op daken geplaatst voor een pilot. Een van de conclusies: “Je moet flexibel durven zijn in de garanties die je vraagt.”
Nolanda Klunder
De zoektocht naar een alternatief voor de op olie gebaseerde isolatiematerialen voor daken vond plaats binnen een buyers group van PIANOo (het Expertisecentrum Aanbesteden van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat). Thomas van der Vlis, regisseur innovatie bij de Alliantie, vertelt: “Binnen de buyers group leerden we van elkaar over aanbestedingen richting biobased materialen. Het bleek voor ons als woningcorporatie niet eenvoudig om de markt te bereiken met onze vraag. Via PIANOo en social media hebben we een Request for Information, een RFI, uitgezet. Daarin daagden we de markt uit om met alternatieven te komen en zeiden we: ook als er nog beren op de weg zijn, dan willen we toch met je in gesprek komen om te zien wat er mogelijk is.”
Gegadigden
De oproep leverde dertien gegadigden op. Van der Vlis: “Samen met onze dakpartner Consolidated hebben we deze inzendingen bekeken. Bij een plat dak is beloopbaarheid een belangrijk criterium. Als isolatiemateriaal niet drukvast genoeg is, kunnen er schades ontstaan wanneer het dak belast wordt. Daarmee vielen al veel inzendingen af.”
Met de overgebleven vier partijen ging de Alliantie in gesprek. Van der Vlis vertelt: “Van de vier inzendingen waren er twee volledig biobased. Die trokken zich echter terug. Bij onze pilot zouden we bestaande daken na-isoleren door de nieuwe laag over het oude bitumen en het oude isolatiemateriaal heen te leggen. Na-isolatie op een bestaand dak geeft risico op inwendige condensatie. De producenten van deze twee biobased isolatieplaten hadden te weinig kennis over hoe hun materialen zich in die situatie houden. Ze wisten uit ervaring dat hun producten geschikt zijn voor hellende daken, maar twijfelden hoe het isolatiemateriaal zich zou gedragen bij platte daken waarbij de uitwaseming van het gebouw niet op dezelfde wijze uit de constructie kan weglopen.”
Pilot met twee producten
Zodoende ging de pilot van start met twee producten die niet volledig biobased zijn. Van der Vlis: “Product A bestaat voor 66% uit biomassa en biologisch restmateriaal zoals zaagsel en maai-afval. Daarnaast bestaat het product voor uit 4% uit gerecycled materiaal, 4% mossel en 26% materiaal van fossiele olie. Product B heeft als basis olie: gedeeltelijk plantaardige oliën, gedeeltelijk fossiele. Daar staat tegenover dat het materiaal voor 99% recyclebaar is, dus na 25 à 30 jaar kan je het materiaal teruggeven voor nieuwe verwerking in hun fabriek.”
Bij vier woningcomplexen aan de Kierkegaardhof in Huizen zijn de daken van na-isolatie voorzien: één met product A, één met product B en de twee overige met het reguliere PIR. Met meetapparatuur van INSCIO worden nu de prestaties gemeten. Van der Vlis: “Daaruit is inmiddels gebleken dat de drie typen isolatie ongeveer even goed isoleren. We meten door over een periode van acht jaar, om te zien hoe dit materiaal zich in de loop der jaren ontwikkelt.”
Conclusies
De Alliantie heeft veel geleerd uit het aanbestedingstraject, vertelt Van der Vlis. “Een belangrijke conclusie is dat garanties bij biobased dakisolatie moeilijk te geven zijn. Je moet hierbij flexibel durven zijn. Het gaat immers om nieuwe producten, die te kort bestaan om te kunnen weten hoe ze zich over dertig jaar houden. Je kunt dus geen langetermijngaranties vragen. Natuurlijk vinden onze dakpartners dat spannend: als de producent niet weet hoe zijn product zich op de lange termijn gedraagt, kan een aannemer niet zijn gewoonlijke garantie afgeven. Daar moeten we als opdrachtgever dus soepel in durven zijn, want dat is de enige manier waarop innovatieve producten een eerlijke kans krijgen.”
Een tweede conclusie is dat beloopbaarheid niet altijd goed samengaat met biobased. “Biobased materialen zijn vaak zachter en daardoor kwetsbaarder. Dat is een uitdaging voor de producenten, merkten we.” Een derde conclusie is dat er weinig geschikte lokale biobased isolatiematerialen lijken te zijn. “Bij buitenlandse producten is er het nadeel van de CO2-uitstoot van het transport. Maar als er genoeg Nederlandse vraag is, zullen er ongetwijfeld meer Nederlandse producten op de markt komen.”
Meer biobased
Hoe gaat het nu verder bij de Alliantie? “Nu we zien dat de biobased materialen net zo goed isoleren als de traditionele producten, willen we vanaf 2024 bij alle aanbestedingen als uitgangspunt nemen dat we met biobased isolatiemateriaal willen werken.” De lessen uit dit aanbestedingstraject voor platdakisolatie, worden meegenomen naar de plannen voor spouw-, vloer- en schuindakisolatie. “Met gebruik van biobased isolatiemateriaal redt de Alliantie natuurlijk niet de wereld”, relativeert Van der Vlis. “Maar met zoveel daken heeft onze keus wel impact.”