steilDAK 2022-1-28 Actualisering normen en richtlijnen zonnesystemen krijgt vorm
Special zonne-energie
In steilDAK 4-2021 publiceerde Chris van der Meijden van Kiwa BDA en voorzitter van diverse normcommissies een artikel over de voortgang van de ontwikkeling van normering op het gebied van zonnesystemen. Brandveiligheid is hierbij een belangrijk aandachtspunt. In dit interview praat Van der Meijden ons bij over de vorderingen.
Normen en richtlijnen volgen per definitie de praktijk en lopen in die zin regelmatig achter de feiten aan. Dat geldt in verhevigde mate voor de markt voor zonnesystemen,die zich al jarenlang op een stormachtige manier ontwikkelt. Diverse brandincidenten uit het verleden leggen grote druk op de ontwikkeling van de richtlijnen op dit gebied, daarom besteedt steilDAK met enige regelmaat aandacht aan dit onderwerp. In zijn artikel uit de editie van september 2021 van dit vakblad gaf Van der Meijden aan dat er momenteel op drie terreinen wordt gewerkt aan actualisering van de normeringen en richtlijnen, namelijk:
- NEN 7250
- NEN Werkgroep Brandveiligheid
- ISSO-Handboek Zonne-energie
Over NEN 7250 schreef Van der Meijden dat deze ‘naar verwachting eind vorig jaar definitief gepubliceerd [zal worden]’. Over de NEN Werkgroep Brandveiligheid merkte Van der Meijden op dat de druk om snel te komen met een beoordelingsmethode groot is. En over het ISSO-Handboek Zonne-energie schreef hij dat deze in de eerste helft van 2022 zou worden gepubliceerd. Tijd om eens te informeren naar de stand van zaken.
Herziening NEN 7250 gepubliceerd
De herziening van NEN 7250: 2021 is afgelopen december gepubliceerd. De norm geeft prestatie-eisen en (verwijzingen naar) beproevingsmethoden voor de bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen als geïntegreerd onderdeel van, of als los element op, dak- en gevelconstructies van gebouwen. Het gaat hier dus om een algemene norm, toepasbaar op zowel platte als hellende daken, en waarbij verschillende aspecten, waaronder bijvoorbeeld windbelasting van de systemen, is geregeld.
De actualisering van NEN 7250 is onderverdeeld in twee fases. Fase 1 is het gedeelte waar geen nader onderzoek voor nodig was. Dat het toch nog jaren duurde voordat de norm kon worden gepubliceerd, verbaast Van der Meijden niets. “De omvang van de zonnesystemen maar ook de zonnepanelen is in de loop der jaren groter geworden”, vertelt hij. “Dat heeft gevolgen voor onder andere de windbelasting van de zonnesystemen op de bevestiging en op de constructie. Het was dus nodig dat de norm zou worden geactualiseerd. Dit zijn nu eenmaal langdurige processen, vanwege de financiering, maar ook kost het samenstellen van de werkgroep en het bereiken van overeenstemming over de juiste tekst eenvoudigweg tijd, veel tijd. Fase 1 is nu gepubliceerd, maar het is niet zo dat we met de publicatie van de norm klaar zijn. De actualisering van fase 2 is inmiddels ingezet, maar voordat dit zal leiden tot een herziene norm, zal er opnieuw de nodige tijd zijn verstreken.”
Fase 1 behelst de zaken die nu zijn gewijzigd, zoals o.a.:
- Testmethode voor windweerstand bij montagewijze 1 en 2;
- Richtlijnen voor veilig werken op daken;
- Thermische ontkoppeling van zonnepanelen onder invloed van warmte;
- Richtlijnen voor de beoordeling van de bouwkundige geschiktheid van daken en gevels.
In fase twee zal in overleg met de commissie een nieuw projectplan worden vastgesteld. Hierin zijn ook onderwerpen voorzien die eerst onderzoek vergen. Er is een breed scala aan onderwerpen benoemd, waarin een keuze zal worden gemaakt om te verwerken in de volgende herziening. Gedeeltelijk zijn dit ‘bekende wensen’, maar aan de andere kant is er ook behoefte ontstaan aan uitwerken van nieuwe vraagstukken. De huidige NEN 7250 heeft alleen betrekking op het montagesysteem. Er is ook behoefte aan richtlijnen of handreikingen voor de bepaling van de invloed van het zonne-energiesysteem op de rest van het gebouw. Daaraan gekoppeld wordt er ook nagedacht over een mogelijke andere publicatievorm. Enkele onderwerpen die momenteel ter overweging liggen zijn:
- Herbeoordeling drukvereffeningsfactoren;
- Herbeoordeling en uitbreiding drukcoëfficiënten (bijvoorbeeld oost-west opstelling);
- Bepalingsmethode inzake sterkte van de bevestiging aan houten constructiedelen bij hellende daken;
- Bepalingsmethode inzake sterkte van onderliggende dakpan;
- Bepalingsmethode inzake sterkte en waterdichtheid verankeringspunten voor Montagewijze 2 bij gesloten dakbedekkingssystemen.
Van der Meijden: “NEN 7250 is geen onderdeel van het Bouwbesluit, maar de tekst van de norm wordt in de praktijk wel vaak als bindend verklaard. Daarom is het belangrijk om de tekst zo helder en precies te formuleren, om onnodige discussies te vermijden.”
Brandveiligheid
Het onderdeel ‘Brandveiligheid’ is met betrekking tot zonnesystemen een zeer actueel onderwerp geworden. Als gevolg van diverse incidenten is in 2018 in opdracht van RVO door TNO een inventariserend onderzoek uitgevoerd naar de oorzaken van de brandincidenten. Van der Meijden: “De belangrijkste conclusie van het rapport was wat mij betreft dat er meer onderzoek diende te worden uitgevoerd. De conclusie die de meeste aandacht kreeg, over een mogelijke oorzaak van de brandincidenten, was zeker niet onbelangrijk, maar kreeg in de berichtgeving de status van een min of meer definitieve conclusie.”
Er is in 2019 een NEN Werkgroep Brandveiligheid ingesteld. Dit is een samenwerkingsverband tussen twee brandveiligheidscommissies en de commissie NEN 7250. Het doel is te komen tot een door iedereen geaccepteerde beoordelingsmethode, die ook zal worden aangestuurd door het nieuwe BBL en verwerkt zal worden in de bestaande brandveiligheidsnormen (mogelijk ook een deel in NEN 1010). Als we van die normen één gezamenlijke norm zouden maken, zou dat betekenen dat het Bouwbesluit moet worden aangepast en dat heeft verdergaande gevolgen.
Er zijn drie brandscenario’s te onderscheiden;
- Externe blootstelling
- Scenario met elektrisch componenten van de PV-installatie als primaire ontstekingsbron
- Brand van binnen
Een belangrijk uitgangspunt is om de overzichtelijkheid van de normeringen te verbeteren. Er is grote behoefte aan duidelijkheid op dit gebied en die druk wordt door de respectievelijke commissies ook gevoeld. Het is de bedoeling dat de normwijzigingen medio 2023 zijn doorgevoerd.
Praktijkhandboek
Het ISSO-handboek Zonne-energie–Bouwkundige en installatietechnische richtlijnen voor zonne-energiesystemen geldt als praktijkhandboek voor de installatie van zonnesystemen en wordt als zodanig gebruikt in de dagelijkse praktijk en ten gunste van opleidingen op dit gebied. De huidige versie stamt uit 2019, maar de laatste aanpassingen m.b.t. bouwkundige aspecten zijn uitgevoerd in de versie van 2016. In de tussenliggende periode zijn veel wijzigingen en nieuwe inzichten ontstaan in de toepassing van PV-systemen in en op de gebouwschil. Daarom is gewerkt aan een actualisering van dit handboek, daarbij is ook aandacht besteed aan wijzigingen in normen en richtlijnen.
Waar de verwachting was dat de herziene versie in de eerste helft van dit jaar zou worden gepubliceerd, geeft Van der Meijden aan dat dit waarschijnlijk verschuift naar later dit jaar. “Dit heeft te maken met de verwijzingen naar normen en richtlijnen: veel daarvan zijn nog in ontwikkeling en we willen niet dat het handboek op moment van verschijnen al is verouderd. We ruimen daarom extra tijd om de verwijzingen te checken.”
“Het zijn langdurige processen, waarbij steeds het belang van zorgvuldigheid wordt verkozen boven de snelheid”, besluit Van der Meijden. “De actualisering van de normen en richtlijnen gaat zo snel mogelijk, maar loopt vanzelfsprekend achter op de ontwikkelingen in de praktijk. Het onderwerp ‘brandveiligheid’ heeft vanzelfsprekend de hoogste urgentie, we hopen de geactualiseerde versies zo snel mogelijk te kunnen publiceren.”